Tuesday, May 7, 2013

Olifanten spotten in foret de Ziama?

Van Kissidougou, Guinee naar Seredou, Guinee
We hoopten dat ze voor de deur van de bar in de boutiekjes brood zouden hebben. Helaas is dat niet het geval. Dus moeten we richting dorp lopen (ongeveer 1 km). Met een rammelende maag komen we bij een brood zaakje aan. Maar meteen 3 broden inslaan en dan kunnen we terug. Komen we terug bij de bar staan er allemaal militairen met brood in hun handen. Waar ze dat nu vandaan getoverd hebben??

We pakken de tent in en vertrekken. Onderweg voel ik me helaas niet al te best dus we moeten even pauzeren om de misselijkheid wat te laten zakken. Dat komt waarschijnlijk van de Lariam maar gelukkig trekken de buien ook weer snel weg. We willen vandaag naar Macenta en vaak is er hier maar 1 weg. Volgens een militair die we gisteren spraken is de weg tot Guekedou slecht (gravel) maar daarna goed.

Onze Garmin gaat ook via Guekedou maar opeens komen we een bord tegen (en die zijn zeldzaam hier) met daarop Macenta links af. Ik kijk links de straat in en besluit Garmin maar gewoon te volgen en rechtdoor te gaan. Dat is geen weg wat naar links gaat dat zijn diepe geulen met wat gravel ernaast. De afslaande weg is de route de cafe, klinkt wel aantrekkelijk maar ook volgens de Michelin kaart is de weg rechtdoor mooier en beter dus wij gaan rechtdoor.

We komen aan in Guekedou, net voor het dorp word de weg echt dramatisch slecht. Zulke diepe kuilen dat je ze enkel in de eerste versnelling kunt nemen. Een weg eromheen is er niet. Het dorp zelf bestaat ook enkel uit kuilen en gaten. Hier stoppen is geen optie er is nergens rechte weg. Bovendien is het ook nog een slalom tussen gaten en ander verkeer wat uiteraard dezelfde problemen heeft als wij met de weg en dus ook aan het slalommen is.

We verlaten Guekedou maar de weg wordt niet beter. Soms een stuk gravel en dan weer kuilen en gaten waar je eng van wordt. Dit gaat een aantal kilometer door tot er weer gravel komt, dat is beter nu kunnen we weer vaart maken. Weer een paar kilometer verder zien we een bord dat de Europese Unie geholpen heeft met de weg of geld heeft gegeven of iets. In ieder geval Europa heeft iets gedaan en het is goed! Fantastisch mooi asfalt, geen gaten zelfs markering is er!

We kunnen met 80 kilometer per uur het laaste stuk afleggen naar Macenta.

Macenta zelf is een raar stadje, net als Kissidougou een lang gerekte sliert. Alle hotels lijken aan het begin te zitten want als we aan het uiteinde zijn zien we niets meer. Omdat de weg zo goed is besluiten we door te rijden naar Seredou, bijna 40 km verder. Dat is een dorpje waarvanuit je olifanten kunt gaan bekijken. We stoppen eerst even voor de lunch en zoals gewoonlijk hier, al snel zijn wij een toeristische attractie. Een groep meiden komt langsgelopen en blijven bij ons staan kijken. We krijgen het gevoel dat ze nog nooit een blanke gezien hebben maar het zal in ieder geval zo zijn dat ze nog nooit 2 blanken op motoren hebben gezien die rustig op hun koffers aan de kant van de weg zitten te lunchen. Ze willen een handje geven, dansen voor ons en zijn vooral erg druk bezig met kijken en lachen. We worden wel vriendelijk uitgezwaaid als wij eindelijk klaar zijn met eten en vertrekken.

In Seredou aangekomen moeten we op zoek naar de headquaters van Foret de Ziama. Makkelijk gezegd maar niet te doen. We rijden het dorp op en neer en zien niets met Ziama erop. Dan maar eens stoppen bij een agricultuur gebouw. We vinden er een franse vrouw die hier stage loopt en ze praat Engels. Wij leggen uit wat we zoeken en haar collega wil ons wel brengen. Hij rijdt ons voor naar de Chef Antenne. Een leeg gebouw. Daar vraagt hij wat rond en wijst ons waar we heen moeten, zelf moet hij terug naar het werk. Samen met 2 lokale jongens loop ik de aangewezen kant op terwijl Sander bij de motoren blijft. Na een pittige wandeling (in motorkleren althans) kom ik aan bij een groep huizen. Daar zit een bewaker. Hij zegt dat ik dan bij hem moet komen zitten wachten tot de chef komt. Is goed maar dan haal ik eerst Sander en de motoren. Teruglopen dus en vervolgens dezelfde weg weer met motoren.

Na 2 uur wachten arriveert de chef. We krijgen een kamer en daarna gaan we eens kijken wat de opties zijn. Wat blijkt? Hier zitten de olifanten helemaal niet ze zitten bij Sibata iets van 40 km verder op. Bovendien wordt het lastig want je moet eingelijk een week van te voren je bezoek aankondigen zodat de gids de olifanten kan traceren. Maar hij heeft wel een voorstel. Als we vanavond hier slapen en morgen in Sibata dan kunnen we overmorgen om 6 uur mee met de gids om olifanten te zoeken. Hij zegt er wel bij dat de kans dat we olifanten gaan zien maar 50% is. Maar omdat de kosten van de gids en van slapen hier heel erg meevallen vinden we dat niet erg. De natuur is mooi hier en het is wat koeler. We gaan dus akkoord en nemen ons intrek in het huisje waar we maar even een pasta maaltijd in elkaar draaien. Morgen om 12 uur gaan we samen met de chef naar Sibata om daar te kamperen.

0 reacties:

Post a Comment

 
Design by Wordpress Theme | Bloggerized by Free Blogger Templates | free samples without surveys