Friday, November 22, 2013

Sani pas niet Sannies pas

Van Underberg, Zuid Afrika naar bijna Lesotho naar Winterton, Zuid Afrika
De zon schijnt als we wakker worden. Vol goede moed pakken we de tent in, ruimen onze jas op en staan op het punt te vertrekken als we nog even worden aangesproken door het trio wat gisteravond binnenkwam, 2 Duitse meiden en een Nederlandse jongen, ze studeren in Stellenbosch en zijn nu ook even op vakantie. We wisselen wat leuke plekjes in Zuidelijk Afrika uit en verlaten dan de camping.

We zetten koers richting Sani pas. We hebben gehoord dat het eerste stuk vooral veel kuilen in de gravel is en dat de echte slingers na de grens komen. Dat blijkt niet helemaal te kloppen, we vinden al een paar mooie gravel haarspeld bochten en stijle hellingen voor we bij de Zuid Afrikaanse grens zijn. De weg is meteen zodra het asfalt ophoudt al in slechte staat. Wij hobbelen ons een weg naar de grens.

Bij de grens aangekomen geven we meteen aan dat we enkel naar de Lesotho grens willen rijden en dan weer terug willen komen. Daar heeft meneer de agent geen boodschap aan. License plates of the bikes. Ik vraag om een papiertje omdat Engels spellen mij niet best afgaat. Dan opeens wil hij enkel het aantal motoren weten. Twee stuks meneer. We krijgen onze exit stempel in ons paspoort en mogen gaan.

Nu volgen er 8 km 'niemandsland' tot je bij de Lesotho grens komt, deze 8 is de Sani pas. Een van de wegen die je volgens verschillende websites gereden moet hebben. Zodra we door de grens zijn komen we bij een doorwading. Ik rijd voorop en ga meteen in de ankers. Een grote heuvel op, dan omlaag de doorwading in met mega keien over een serie middelmaat keien door het water aan de andere kant omhoog. Ik ga maar weer naar achteren en laat Sander eerst gaan. Die gaat via de rechterkant half door de berm en raakt ook wat steentjes. Erg fraai is het niet maar hij is aan de andere kant. Daar zet hij de motor neer, loopt terug haalt mijn motor en ik doe de doorwading ook maar te voet. Goed begin van de 8 km!

Daarna gaat het vooral stijl omhoog. De weg is slecht tot erg slecht. Wel zijn er een paar mooie uitzichtspunten.

Sander rijdt nu voorop maar zijn motor heeft al een tijdje problemen. Wat begon met meer benzine verbruik is nu gebrek aan power. We komen in de haarspeld bocht sectie en dan bij 2500 meter hoogte, met nog 750 meter te gaan tot de Lesotho grens en nog een stuk of 4 bochten begeeft Sander zijn motor het. Hij komt gewoon niet meer hoger. Omdat de motor uiteraard stil valt op een erg stijle helling net na de bocht heb ik maar 1 keus. Hem voorbij rijden en stoppen op het eerste beste redelijk rechte stuk.

Sander probeert ondertussen overeind te blijven. Met remmen vol in en in de versnelling blijft alsnog de motor amper op zijn plek. Ik trek een sprintje terug naar hem en samen proberen we de motor rustig aan achteruit te laten rollen om te kunnen keren. Het is echter zo stijl dat ik zelf al bijna uitglijd, laat staan dat ik de motor kan tegenhouden. We besluiten de koffers eraf te halen om zo de motor lichter te maken. Zonder koffers lukt het ons de motor zover naar achter te krijgen dat Sander vooruit kan rijden en kan keren. Op het eerste rechte stuk zet hij de motor neer en dan kunnen we de koffers halen.

Daarna mogen we het hele stuk weer omhoog lopen om mijn motor te halen. Als ook die gekeerd is, wat gelukkig makkelijker gaat omdat hij redelijk vlak staat zetten we de motoren bij elkaar. Lesotho halen we niet, niet dat ons plan was het land in te gaan, maar misschien moeten we ons plan bijstellen en zo snel mogelijk naar Johannesburg en Pretoria gaan om Sander zijn motor te laten nakijken.

Terwijl we de kaart aan het bestuderen zijn worden we aangesproken door een Engels stel, die komen rustig met een normale auto de berg af tokkelen. Zij zijn onder de indruk dat wij hier met de motor zijn, wij omdat zij het met een normale auto doen. We waren ervan overtuigd dat enkel 4WD's dit stuk konden rijden.

We lunchen ergens op een uitkijkpunt en besluiten, via een scenic route, naar Johannesburg te gaan. Het is toch al vrijdag dus haasten hoeven we ons niet. We moeten enkel de kilometers een beetje beperken. Na de lunch is het verder omlaag, tot we bij de door mij gevreesde doorwading komen. Deze keer gaat Sander over de mega keien. Ik besluit ook een poging te wagen en ga voor de schuine doorsteek en daarna een bocht terug vanwege de mega drempel die erna komt methode.

Ik haal het, maar raak wel weer de middenbok omdat ik niet scherp genoeg draai en dus de halve drempel raak. Maar goed, zonder te vallen weer een succesvolle crossing!

We stoppen weer bij de grens en krijgen een entree stempel in ons laissez-passer. Weer worden we aangesproken door een tweetal, zijn we echt komen aanrijden vanuit Europa? Hij moet ons de hand schudden, respect, drive safe! Ja hoor meneer wij doen ons best. We rijden door het laatste stukje rot weg omlaag tot we weer op asfalt komen.

Erg lang duurt het asfalt niet, na de eerste afslag is het nog 50 meter asfalt en dan weer gravel. Het meeste wat we nu krijgen is echter veel beter. Alleen is ook de blauwe lucht verdwenen en dus is het veel kouder. We rijden en rijden in de hoop de blauwe lucht, die we wel zien, in te halen. Dan komen we bij een doorwading, eentje met een modderpoel zodat je de bodem niet ziet. Ik rijd voorop, rem af, ga staan en wil rustig door de poel tokkelen. Het eerste stuk is ondiep en dan opeens is het plons, natte voetjes tot gevolg en een motor die onder de blub zit. Maar zonder vallen hoor! Sander pakt de plas iets meer naar rechts, met hetzelfde resultaat. Ook hij en de motor zit onder de blub. Tijd om even te stoppen en een jas aan te trekken, kunnen we meteen onze nieuwste modderspetters bewonderen.

Het laatste stuk naar Winterton is een nieuw gravelpad, en deze is soms bizar slecht. Diepe geulen, hoge heuvels, dikke keien. Toch zien we bandensporen, dus ik zeg tegen Sander we zijn toch niet de enige die hier gereden hebben. Dan zien we onze voorligger, een traktor. Misschien zijn we dan toch de enige toeristen die hier komen?

In Winterton doen we boodschappen en tanken we. Tijd om een camping te zoeken. De dichtstbijzijnde die Garmin kent is Skorpioen, iets van 23 km hier vandaan. We rijden die kant op en komen dan een bord tegen Maramba camp. We slaan af en besluiten daarheen te gaan. Wat ze echter niet vermelden is hoever het is. We rijden over het gravel. Eindelijk na 12 km zien we weer een bord. We rijden het zijpad in en komen op iets wat toch echt het meeste lijkt op een lokaal geitenpad. Niet harder dan 30 km per uur en sommige stukken veel langzamer. Toch gaan we harder dan de OV bus (een klein autobusje) dat kreng rijdt stapvoets en is niet van plan voor ons aan de kant te gaan. Sander en ik stoppen meermaals om wat afstand tussen ons en het busje te creeeren. We komen bij een hek en daar staat een man, Maramba camp? Rechtdoor zegt de man. Het geitenpad gaat door, het OV busje is gelukkig gestopt om passagiers uit te laten stappen. Wij volgen en volgen maar zien het steeds minder zitten. Dan zien we een bord dat we bijna bij de camp zijn. We stuiteren nog een pad bezaaid met geulen af en rijden door. Tot we bij een hek komen. Geen probleem, motor uit, hek open, motoren erdoor, hek dicht en dan doorrijden. Na 10 meter komen we op iemands erf. Maramba dat is hier niet. Mevrouw en de 2 kinderen spreken geen Engels maar ze doet haar best Maramba aan te wijzen. Maramba dat zijn die twee vervallen hutten en bestaat blijkbaar niet meer.

Er zit niets anders op, 8 km geitenpad en 12 km gravel terug naar de hoofdweg (die ook gravel is). Daarna door naar Skorpioen camp. Als we daaraankomen zien we een plaatje camp staan. Een klein probleem, het camp zit in een natuurpark en motorbikes are not allowed. Walking also not allowed dus no way dat wij bij de camp site kunnen komen.

Ik vraag de guard waar een camping is en hij verwijst ons naar Em'Seni camp. We rijden daarheen en ontdekken dat het eigenlijk ook geen camping is maar een soort hostel voor gelovigen. De kerk, dat moet goedkomen dus. Het is even zoeken maar ik vind iemand op het terrein en dat blijkt de manager te zijn. Ik leg ons probleem uit en uiteraard kunnen de regels aangepast worden. We mogen onze tent neerzetten en ze vertelt dat de WC's bij het gebouw niet afgesloten zijn.

Snel zetten we de tent neer want de duisternis valt, terwijl Sander daarna eten maakt ruim ik de rest op en ontdek ik dat ons pak wijn ook nog eens is gaan lekken in de topkoffer. Het gaat lekker vandaag. Als het eten klaar is moeten we snel eten want het begint te onweren. We halen het net we zitten nog geen 5 minuten in de tent als het begint te regenen.

1 reacties:

red devil said...

je begint het te leren marianne.

goed bezig.

Post a Comment

 
Design by Wordpress Theme | Bloggerized by Free Blogger Templates | free samples without surveys